Tweede Spoor Burnout
Inleiding
Burnout is een ernstige aandoening die gepaard gaat met emotionele uitputting, depersonalisatie en verminderde persoonlijke bekwaamheid. Het kan leiden tot gezondheidsproblemen, werkgerelateerde problemen en vermindering van de kwaliteit van leven. Wanneer werknemers met burnout niet meer in staat zijn om terug te keren naar hun vorige werk, kan het tweede spoor traject worden ingezet. In dit artikel bespreken we wat tweede spoor burnout inhoudt, welke factoren een rol spelen bij het succes van dit traject en wat de wetenschappelijke literatuur zegt over de effectiviteit ervan.
Tweede spoor burnout
Het tweede spoor traject is bedoeld voor werknemers die door ziekte of arbeidsongeschiktheid niet meer in staat zijn om hun huidige werk uit te voeren, maar wel nog in staat zijn om ander werk te verrichten. Het tweede spoor traject is gericht op het vinden van passend werk bij een andere werkgever, waardoor de werknemer weer kan participeren op de arbeidsmarkt. Een burnout is veruit de belangrijkste oorzaak van langdurige uitval dus voor het inzetten van een tweede spoor traject.
Het tweede spoor traject is opgenomen in de Wet Verbetering Poortwachter, die bepaalt dat werkgevers en werknemers gezamenlijk verantwoordelijk zijn voor het re-integratieproces bij ziekte en arbeidsongeschiktheid. Het tweede spoor traject kan worden ingezet wanneer duidelijk is geworden dat de werknemer niet meer terug kan keren naar het eigen werk of de eigen werkgever.
CareerSolution heeft een ruime ervaring met het verzorgen van tweede spoor trajecten waarbij kandidaten kampen met een burnout. Doordat onze reintegratie coaches bekend zijn met alle aspecten kunnen zij de vaak redelijk complexe reintegratie trajecten succesvol afronden met inachtneming van de beperkte belastbaarheid veroorzaakt door de burnout. Meer weten? Neem contact met ons op voor meer informatie:Contact opnemen
Factoren die een rol spelen bij het succes van tweede spoor in het geval van een burnout
Het succes van het tweede spoor traject hangt af van verschillende factoren. Een belangrijke factor is de mate waarin de werknemer gemotiveerd is om terug te keren naar werk. Wanneer een werknemer niet gemotiveerd is om te re-integreren, kan het tweede spoor traject weinig succesvol zijn. Daarnaast speelt ook de rol van de werkgever en de bedrijfsarts een belangrijke rol. Zij moeten zorgen voor een goede begeleiding en ondersteuning van de werknemer tijdens het tweede spoor traject. Ook is het van belang dat de werknemer tijdig wordt doorverwezen naar het tweede spoor traject, zodat er voldoende tijd is om passend werk te vinden.
Een andere factor die een rol speelt bij het succes van het tweede spoor traject is de mate waarin de werknemer geschikt is voor ander werk. Wanneer een werknemer een specifieke beroepskwalificatie heeft, kan het moeilijker zijn om ander werk te vinden. Ook de gezondheidstoestand van de werknemer speelt een rol. Wanneer een werknemer ernstige gezondheidsproblemen heeft, kan het moeilijk zijn om ander werk te vinden dat past bij de gezondheidstoestand. Een en ander wordt ook goed duidelijk als we naar de onderstaande figuur kijken:
Effectiviteit van tweede spoor bij burnout
Er is nog weinig onderzoek gedaan naar de effectiviteit van het tweede spoor traject bij burnout specifiek, maar er zijn wel studies die hebben gekeken naar de effectiviteit van het tweede spoor traject in het algemeen. Uit deze studies blijkt dat het tweede spoor traject effectief kan zijn in het vinden van ander werk voor werknemers die niet meer in staat zijn om terug te keren naar hun vorige werkgever. Ook blijkt dat werknemers die een tweede spoor traject hebben gevolgd, beter in staat zijn om te participeren op de arbeidsmarkt en minder afhankelijk zijn van een uitkering.
Er zijn echter ook studies die hebben aangetoond dat het tweede spoor traject niet altijd even effectief is. Zo kan het voorkomen dat werknemers na afloop van het tweede spoor traject opnieuw uitvallen door ziekte of arbeidsongeschiktheid. Ook kan het voorkomen dat werknemers die ander werk hebben gevonden, minder tevreden zijn met hun nieuwe baan dan met hun oude baan.
Er zijn verschillende factoren die de effectiviteit van het tweede spoor traject kunnen beïnvloeden. Zo is het van belang dat er voldoende tijd en aandacht wordt besteed aan het vinden van passend werk voor de werknemer. Ook is het van belang dat de werknemer voldoende ondersteuning en begeleiding krijgt tijdens het tweede spoor traject. Daarnaast is het van belang dat er voldoende communicatie en afstemming plaatsvindt tussen de werknemer, de werkgever, de bedrijfsarts en de re-integratieprofessional.
Conclusie
Het tweede spoor traject kan een effectieve methode zijn om werknemers met burnout te helpen bij het vinden van ander werk. Het succes van het tweede spoor traject hangt echter af van verschillende factoren, zoals de motivatie van de werknemer, de geschiktheid van de werknemer voor ander werk en de kwaliteit van de begeleiding en ondersteuning tijdens het traject. Hoewel er nog weinig onderzoek is gedaan naar de effectiviteit van het tweede spoor traject bij burnout specifiek, zijn er wel aanwijzingen dat het tweede spoor traject kan helpen bij het herstel en re-integratie van werknemers met burnout. Het is van belang dat er meer onderzoek wordt gedaan naar de effectiviteit van het tweede spoor traject bij burnout, zodat er meer inzicht komt in de beste manier om werknemers met burnout te helpen bij het vinden van ander werk.
Een belangrijke stap in het tweede spoor traject bij burnout is het aanpakken van de onderliggende oorzaken van de burnout. Dit kan gebeuren door middel van cognitieve gedragstherapie, mindfulness-training of andere behandelingen gericht op stressreductie en veerkrachtvergroting. Door deze behandelingen te combineren met het tweede spoor traject, kan de werknemer niet alleen ander werk vinden, maar ook beter omgaan met stress en veerkrachtiger worden.